Doorheen het jaar hadden we Research Days, in de voormiddag stonden er experttalks op de planning.
Tijdens mijn eerste Research Day op 15 oktober had ik een gesprek met twee experts. Graag licht ik kort hun achtergrond toe.
Eline Zwart is oud-student van de masteropleiding en educatiemedewerker publieksverbreding bij het Noord-Brabants museum.
Job Balk is freelance praktijkgericht onderzoeker (onderwijs) en coördinator MKstart (vooropleiding beeldende kunst & vormgeving). Daarnaast is hij externe examinator van de masteropleiding.
De tweede Research Day vond plaats op 19 november. Ik had drie gesprekken met experts op de planning.
Laura Sobral is een Braziliaanse stedenbouwkundige en architect. Ze deed een onderzoek naar stedelijke interventies en tijdelijke architectuurprojecten in de openbare ruimte.
Job Balk sprak ik al tijdens de eerste Research Day. Het was een meerwaarde om met hem de vorderingen in het onderzoek te bespreken.
Erna Husukic is een onderzoeker en professor bij de internationale BURCH universiteit Bosnië en Herzegovina. Haar domein is architectuur.
De derde Research Day viel op 21 januari. Ik mocht twee boeiende gesprekken houden met experts.
Sophie de Ruijter heeft een achtergrond in muziek en educatie. Ze ontwikkelt educatief materiaal en geeft les in een variatie van activiteiten. Zo geeft ze improvisatie, theorie, samenspel... in combinatie met verschillende disciplines én op verschillende scholen. Ten slotte is ze ook uitvoerend musicus.
Goedele Wellens volgde zelf de opleiding kunsteducatie in Tilburg. Momenteel is ze cultuurcoach in de gemeente Best, het is haar functie om een cultuurprogramma te ontwikkelen, daarnaast is ze zelfstandige kunsteducator.
De laatste en vierde Research Day was op 18 maart. In de voormiddag genoot ik van drie experttalks. In de namiddag volgde ik de keynote 'Looking, finding en trying' van Paulien Oltheten en de bijhorende uitwisselingssessie.
Annemarie Schamp is teamleider havo-vwo in de gemeente Oss en theaterprogrammateur bij Cultuurpodium Groene Engel. Ze studeerde in 2010 af aan de master kunsteducatie in Tilburg.
Lode Vermeersch is research expert bij HIVA en doctor in de pedagogische wetenschappen. Hij behaalde een aanvullend diploma culturele studies. In zijn (beleidsgericht) onderzoekswerk komen thema's als vrijwilligerswerk en kunst- en cultuureducatie aan bod.
Dian Langenhuijzen is zelfstandige kunsteducator en volgde zelf de opleiding master kunsteducatie.
Met Sophie ging het gesprek vooral over hoe ik mijn leidingsteam kan ondersteunen in het maken en/of begeleiden van kunsteducatieve activiteiten. Vanuit haar expertise op vlak van educatief materiaal en coaching gaf ze me tips en tricks.
Het gesprek met Goedele nam dezelfde start, maar ging eerder over de obstakels voor de leiding om aan de slag te gaan met het aangeboden materiaal. Hoe komt het dat ze blijven vasthouden aan oude gewoontes? Wat zou hen kunnen helpen in dit parcours?
Het gesprek bestond voor een groot deel uit tips vanuit Eline als alumni van de master kunsteducatie. Daarnaast nam ze me mee in de wereld van de museumeducatie en de overlap qua methoden voor BAZART.
Naar aanleiding van mijn eerste examenkans in augustus, gingen Job en ik dieper in op de behoefteanalyse. Daarna bespraken we de aanpak van enkele methoden: observaties, vragenlijsten, interviews, focusgroepen… voor het betrekken van verschillende stakeholders.
Het gesprek met Laura ging voornamelijk over hoe ik mijn onderzoek kan structureren, in de eerste plaats voor mezelf. Vervolgens bespraken we de cultural probe die ik had uitgewerkt.
Met Job ging ik dieper in op de inhoud van de cultural probe. Daarnaast had hij enkele extra bronnen aanbevolen. We sloten ons gesprek af met de communicatie die op het einde van de rit ingeleverd moet worden.
Ook met Erna besprak ik de cultural probe kaartjes. Vervolgens gaf ze termen mee die opgenomen kunnen worden in mijn bronnenonderzoek. Op het einde van het gesprek hadden we het over de ontwerpfase van mijn onderzoek. Welke mogelijkheden zijn er allemaal?
Met Annermarie Schamp sprak ik voornamelijk over de behoefte van de doelgroep en de organisatie. Op het einde van het gesprek gaf ze input over mogelijke uitkomsten van het onderzoek.
Het gesprek met Lode Vermeersch ging over vrijwilligersorganisaties. In welke mate kan je sturend zijn als organisatie en welke invloed heeft dit op het onderzoek?
Met Dian Langenhuijzen ging de expert talk voornamelijk over het draagvlak en de motivatie van leiding.
Annemarie wees me erop dat mijn onderzoeksvraag tweeledig is. Enerzijds heb ik hoe het kunst integreren en anderzijds hoe ondersteuning aanbieden. Ze raadde me aan om de behoefte van de doelgroep en van de organisatie helder te beschrijven. Wat is het doel van mijn onderzoek? Dit zijn aandachtspuntjes waar ik zeker mee aan de slag ga.
Met Lode sprak ik voornamelijk over het vrijwilligersaspect binnen mijn onderzoek.Hij deelde zijn ervaring over vrijwilligersorganisaties en de mate waarin je een team stuurt, het was fijn om vanuit een ander perspectief te kunnen kijken naar mijn onderzoek. Hij raadde aan om geen bulk aan ideeën aan te bieden, maar enkele mogelijkheden uit te kiezen die overeenstemmen met de visie en filosofie van de context.
Met Dian sprak ik over hoe de leiding actief en waardevol activiteiten kan uitwerken. Ze bracht hierbij de zelfdeterminatietheorie ter sprake, welke intrinsieke motivatie heeft de leiding? Dit kan een ander perspectief brengen op de handelingsverlegenheid van de begeleiding. Het is alvast iets dat ik verder wil onderzoeken.
Laura opperde het idee om een workshop te organiseren voor de verschillende BAZART-steden. Dit zou bijvoorbeeld kunnen op de vormingdag van BAZART genaamd NAFT of de cursussen van BAZART in de paasvakantie. Dit zijn alvast momenten waarbij ik geregeld zelf een inbreng heb, het zou daarnaast mooi in het kader van mijn onderzoek passen.
Dankzij Rob kreeg ik handvaten over het analyseren van data. Hij raadde aan om idicatoren te zoeken in de literatuur en deze te koppelen, hieruit kunnen dan conclusies getrokken worden. Voor de presentatie en communicatie vertelde hij dat het belangrijk is dat de cirkel rond is: de communicatie moet zich verhouden tot het onderwerp. De begeleiders (en stakeholders) moeten er mee kunnen werken.
In het gesprek met Erna bevestigde zij het belang van andere organisaties. Ze moedigde me aan om activiteiten en programma's van andere organisaties op te vragen. Voor de kunsteducatieve activiteiten binnen de werking haalde ze het belang aan van het integreren van verschillende zintuigen, onderwerpen en materialen. Naast de verschillende disciplines is dit iets dat ik niet uit het oog mag verliezen!
Eline vertelde over methodes die in de museumeducatie worden gebruikt zoals Thinking methods, vts en visible thinking en die ook geïmplementeerd kunnen worden voor de leiding van BAZART om laagdrempelig te werken aan kunsteducatie. Ze gaf ook het belang van perceptie en reflectie mee naast de productie om de kunsteducatie rond te maken. Ze haalde aan om ook zeker de kinderen te bevragen, dit stond nog niet op mijn lijstje, maar staat nu zeker bovenaan!
Job raadde aan om naast de beroepskrachten van BAZART, ook de leidinggevenden te contacteren. Dit kan handig zijn om gemakkelijker dingen voor elkaar te krijgen, om te verwerken in de positionering. Uiteraard is hun rol belangrijk, ze beslissen namelijk over aanbod en didactiek. Rob is een praktijkgericht onderzoeker en heeft veel kennis over design thinking, dankzij de nieuwe terminologie kan ik mijn literatuuronderzoek verderzetten.
Sophie liet weten dat het geen zin heeft om materiaal te maken en door te geven aan de leiding. Ze moeten volgens haar in eerste instantie zelf ervaren hoe het is, zo kunnen ze niets fout interpreteren. Op die manier wordt ook een basis gelegd die ze vervolgens eigen kunnen maken. Ze raadde me aan om een activiteit voor de kinderen ook met de leiding te doen, eventueel opgedeeld in verschillende workshops waarbij verschillende disciplines worden aangeraakt. Dit zou dan bestaan uit spelend leren, maar ook peerteaching. Hieruit zou ze pas de leiding coachen in het maken en organiseren van eigen activiteiten, verder bouwend op bestaand materiaal. Dit is een parcours dat me zeker kan verder helpen!
Goedele bracht het idee aan om in de toekomst een volledig programma uit te werken, zodat alle disciplines zeker aan bod komen in de werking. Op die manier kunnen we in onze afdeling voldoende variatie aanbieden. Dit zou alvast een mooie start zijn aan het begin van een academiejaar, waarbij de leiding extra inzicht krijgt in de verschillende disciplines. Bij de inhoud van de activiteiten raadde ze aan om een focus te leggen op het eigenaarsschap van de leiding. Door aan de slag te gaan met hun leefwereld en iets waar ze affiniteit mee hebben, zou de motivatie en inzet om bestaand materiaal te gebruiken kunnen verhogen.
Een curriculum of programma schrijven leek Annemarie een mogelijke basis naast het bieden van inspiratie. Mijn schrik met een curriculum binnen de context van onze vereniging is dat er geen rekening kan gehouden worden met de lokale realiteit. We zouden als vereniging moeten kunnen inspelen op de gedrevenheid van kinderen en leiding en zoveel mogelijke onze flexibiliteit behouden.
Het gesprek met Lode was heel leerrijk en gaf me niet alleen een andere kijk op mijn onderzoek, maar vooral veel goesting om verder aan de slag te gaan. Er kwam tijdens het gesprek niets aan bod dat ik niet zou willen of kunnen meenemen.
Dian opperde om op zoek te gaan naar professionals of geëngageerde kunst- en cultuurminded vrijwilligers met een bepaalde ambacht om op die manier een programma samen te stellen. Het meer integreren van kunst en cultuur binnen onze werking mag echter niet ten koste gaan van het jeugdbewegingsaspect.
Het gesprek met Sophie zat boordevol praktische handvaten. Het lijkt me goed om de leiding al spelenderwijs zelf een activiteit te laten ervaren, alleen voelt het niet haalbaar om hier een reeks workshops van te maken. De leiding staat wekelijks vrijwillig klaar voor de activiteiten, daarnaast volgen ze zelf voltijds een opleiding en sommigen combineren dit nog met een studentenjob. De reeks leg ik naast me neer, maar voor één of meerdere experimenten sta ik zeker open!
Goedele opperde om een netwerk op te bouwen met de verschillende BAZART-steden. Zo kunnen we een groot aanbod verzorgen en kan iedereen uitpikken wat hij/zij/hen graag doet. Het verleden toonde echter aan dat er weinig input vanuit de steden komt om materiaal aan te vullen en dat het materiaal niet per definite kunsteducatief is. Voorlopig laat ik deze optie links liggen, al zou het in een verder stadium een mooi platform kunnen bieden.
In het gesprek haalde Laura enkele methodes aan voor het structureren van mijn onderzoek. De tips die ik kreeg waren eerder gericht op het brainstormen en een parcours uitstippelen voor het onderzoek. Mijn bezorgdheid was echter het structureren van de data die ik al verzameld had. In een vroeger stadium waren deze tips zeker bruikbaar.
Het gesprek met Rob was heel verhelderend. Alles wat werd aangehaald was bruikbaar voor mijn onderzoek of de weg ernaartoe.
Erna verwees me door naar Montessorischolen. Dit zijn scholen waarbij kinderen zelfstandig leren en met verschillende leeftijden bij elkaar in de klas zitten. Peerlearning is een aspect dat ik zeker wil verwerken binnen BAZART, zowel binnen het leidingsteam als binnen onze activiteiten voor de kinderen. Echter vrees ik dat het onderzoeken van de aanpak van Montessorischolen me te ver gaat laten uitweiden in dit onderzoek.
Ik wil zeker naast mijn doelgroep, ook stakeholders bevragen. In het besproken geval de leiding van de andere BAZART-afdelingen. Eline opperde om eerder te werken met vragenlijsten of interviews hiervoor, in plaats van de cultural probe. Ik leg dit naast me neer omdat ik denk dat ik dankzij de cultural probe mensen kan bereiken en meer data kan verzamelen. Een cultural probe maakt het ook persoonlijker dan een vragenlijst, het creatieve aspect sluit daarbij ook beter aan bij BAZART.
Met Rob besprak ik ook het bereiken van andere BAZART-afdelingen. Een optie die hij aanhaalde was het observeren van de verschillende steden. Eventueel het laten opnemen door anderen. Ik wil mijn focus echter echt leggen op mijn doelgroep en niet te hard uitweiden naar mijn stakeholders. De cultural Probe vond Rob een goed alternatief.
