Literatuurstudie
Inhoud:
In augustus 2022 ben ik begonnen met het selecteren en lezen van allerhande lectuur en media om mij te wapenen bij mij onderzoek.
Deze studie heb ik onderverdeeld in drie grote groepen. Verder heb ik de informatie onderverdeeld in vier categorieën.
Categorieën
Het socio-emotionele staat in het geel gemarkeerd. Deze categorie vind ik als kunsteducator heel belangrijk. Daarom neem ik ook zoveel mogelijk informatie uit mijn bronnen mee in dit onderzoek.
Hier aansluitend komen we bij het belang van de muziek in het blauw.
Verder heb ik twee domeinen die puur over kennis gaan. Dit zowel binnen de kunst (oranje) en als binnen de ICT (groen) en tenslotte volgt hier ICT-valkuilen (rood) op. Waar moeten we mee opletten bij de digitalisering?
Groepen
Zoals vermeld heb ik mijn literatuur gekozen op drie grote groepen:
- Muziek: Lectuur die handelt over het belang van muziek en kunsteducatie.
- Digitaliteit: Lectuur aangaande digitaliteit. Hoe kunnen we digitale middelen inzetten in het onderwijs? Strategieën?
- Eindtermen: Wat zegt de onderwijsvernieuwing? Waar bevinden zich onze eindtermen en in welke mate is de taxonomie van Bloom gewijzigd?
Leeswijzer: De verschillende categorieën staan naast elkaar. Dus lezen van Links naar rechts.
7. Terminologie
5. Conclusies
0. Start
6. Bronnen
4. Begeleiding
3. Onderzoek
1. Inleiding
Legende:
- Opmerkingen op het vlak van:
- Socio-emotionele items
- Belang van muziek
- Kunst cognitieve items
- ICT cognitieve items
- ICT valkuilen
Sophie de Ruijter (gesprek Research days 15 oktober 2022)
Profiel:
Muzikant (dwarsfluit), dirigent, muziekdocent
|
Kwestie onderwijsvisie is het belangrijk of je de doelstellingen kunt halen op een werkbare manier. Sophie heeft dezelfde visie als mij als het gaat over breder gaan dan enkel kennisoverdracht. Het socio-emotionele is voor haar ook een heel belangrijk gegeven.
Probeer te bewijzen dat de leerkracht (human effect) zeker nodig is in de les maar door de ondersteuning van de tools geef je de kaders van muzieklessen aan. De waarom-vraag moet ik steviger uitzetten. Waarom is dit zo belangrijk?
Muziekvisie: Leerkracht is nodig in de klas. De waarom-vraag is heel belangrijk voor het onderzoek. Na de verdediging onderzoeksplan kwam er als feedback dat ik mijn frustraties aan de kant moest zetten, maar daar is het Sofie niet helemaal mee eens. Daar zit namelijk mijn urgentie, drijfveer en kracht in. Oplossing is de probleemstelling omdraaien. Niet vanuit mijzelf maar vanuit mij als docent.
Fysieke ruimte: Eén van de voorwaarden van een goede muziekles. Waarom verkiest de school om geen lokaal in te richten?
Socio-emotioneel: waarom geen psycholoog op school, geeft ze aan als tegenwind op mijn stelling. Mijn antwoord spreekt erg aan i.v.m. dat ik op een ‘dieper level’ kan raken. Begin altijd vanuit de kunst, vanuit het positieve. Verdedig je vanuit waar je hart ligt. Deze drie tips gaf Sophie mee op dit vlak maar als ik reflectief kijk, moet ik zeggen dat ik al toepaste tijdens mijn muzieklessen.
WAT NEEM IK MEE:
Een aantal tips die zeker probeer mee te nemen in mijn onderzoek:
Neem de ervaring op het socio-emotionele vlak mee in de probleemstelling: Wat was het effect op mijn leerlingen. Maatschappelijke thema’s in de klas en nadien gesprekken op speelplaats.
Digitalisering: Kan ik iets met AI (Artifical Intelligence) doen? En mijn visie op een andere manier bekijken. Aangezien ik de digitale methode maak, maakt mij onmisbaar. 😉
Neem contact op met scholen in Nederland. Omdat hier muziek ook weg bezuinigd is geweest. Ga eens op zoek wat mist de leerkracht op school op sociaal-emotioneel en muzikaal gebied. Maak een vergelijking tussen nu en vijf jaar geleden. In het verlengde hiervan kan Jan Schoolmeesters (expertise basisscholen) uitleggen hoe het in België verloopt.
Focusgroepen: Je moet de mensen al iets geven (een opwarmertje, teaser). Geef ze bijvoorbeeld al een trailer.
Enquête is super passief (gevaarlijk) maar geeft wel heel veel informatie.
Probeer de zijsporen niet te vergeten!!! Plan en urgentie zijn super helder maar laat ruimte om je laten verrassen.
Werk met Post-It plakkertjes als een soort afvinklijst en om te schiften. Zaken die blijven plakken buiten de cirkel zijn misschien niet zo relevant.
WAAROM: Volgens Ben Weyts (huidig Vlaams minister van onderwijs) zijn er maar vier domeinen van belang in het curriculum. Deze video spreekt mij aan omdat het over het vijfde domein gaat dat misschien wel eens alle domeinen kan verbinden? |
Het belang van muziekonderwijs.
Wiskunde | Nederlands |
Geschiedenis | Wetenschappen |
Deze vier blokken domineren ons curriculum. Dit is al altijd zo geweest en daar is op zich ook niets mis mee, maar wat als er een vijfde blok toegevoegd zou kunnen worden?
Muziekonderwijs kan bijdragen tot winst op alle voorgaande domeinen. Muziek is uniek en vergt een andere manier van denken en zet bovendien aan tot communicatie tussen de verschillende hersengebieden.
Musicerende mensen zouden effectief een groter corpus collusum hebben waardoor er een betere verbinding is tussen de verschillende hersengebieden.
Wetenschappers beweren dat muziekonderwijs een therapeutische werking kan hebben bij ADHD en ASS. Net omwille van het feit dat hier een volledig brein geprikkeld wordt.
In deze video wordt gesproken van een IQ-verhoging van maar liefst ongeveer 7,5 punten. Met deze wetenschap in het achterhoofd is het uiterst belangrijk om muzikale opvoeding in het curriculum te houden op liefst zo een jong mogelijke leeftijd al.
Muziek is abstract en heeft niets anders nodig. De luisteraar maakt er zijn ding van. Het heeft een steunende eigenschap maar kan je ook verdrietig maken. Het heeft de mogelijkheid om mensen te verbinden en verhoogt het kritisch denken bij de mens.
Welke vakken slagen hier nog in?
WAAROM: Eén van mijn deelvragen in het vooronderzoek ging over het 'belang van muziek'. Daarom heb ik dit boek erbij genomen om een antwoord te vinden op deze vraag. |
Enkele uitspraken van Vincent Meelberg in betrekking tot de relatie tussen muziekbeleving en gezondheid:
Muziek is met andere woorden niet alleen waardevol omdat het de mentale vermogens van de luisteraar uitdaagt, maar ook omdat het een uitwerking heeft op het lichaam. Een aandachtige luisteraar heeft oor voor zowel de mentale als lichamelijke aspecten van het luisteren (blz. 32).
Muziektherapie (oude Grieken speculeerden al over relaties tussen muzikale modi en bepaalde zielstoestanden): Als efficiënte therapie bij: autisme, dementie, hersenbeschadiging, acute en chronische pijnbehandeling, zelfs bij herstel van beroertes (blz. 35).
Lichaam is altijd betrokken bij waarneming --> vandaar altijd vervuild met affectie (blz. 42).
Waarom deze interviews en webinars?
Gesprek |
Waarom |
Sophie de Ruijter |
Toevallig getroffen op een research day at Fontys maar Sophie heeft mij zoveel tips gegeven en een dermate indruk op mij gemaakt, dat ik dit gesprek als onderdeel van mijn literatuurstudie heb gemaakt. |
Kathleen Vanhees |
Het was mijn gedacht om een focusgroep leerkrachten te verzamelen. Daarom had ik een pedagogische begeleidster voor het vak muzikale opvoeding gecontacteerd. We hebben dan eerst een interview gedaan waaruit bleek dat Katholiek onderwijs Vlaanderen ook een onderzoek aan het uitvoeren is naar digitaliteit binnen het vak muziekeducatie. |
Ann Fastré |
Projectleider bij het onderzoek 'I-learn'. Omdat deze totaal geen aanbod binnen kunsteducatie hebben, wou ik deze aan de tand voelen hoe dit komt. |
VR / Metaverse coach |
Deze organisatie houdt zich bezig met het opleiden van coaches in VR en in de Metaverse. Daarom moest ik deze firma contacteren om meer informatie te verkrijgen. |
Inleiding: 'Muziek maakt slim’ is een beknopte samenvatting van een omvangrijk rapport (700 pagina's) van een jarenlang onderzoek op Berlijnse basisscholen naar het effect van muziekles op de algemene schoolprestaties. Dit langdurig en gedegen onderzoek toont ondubbelzinnig aan dat muziekonderwijs bij kinderen van 6 - 12 jaar positieve invloed heeft op de ontwikkeling.
Het onderzoek richtte zich met name op het meten van de verschillen in leerprestaties tussen scholen waarbij de kinderen grondig muziekles kregen, en scholen waar dat niet gebeurde. De conclusies uit het onderzoek vormen een krachtig pleidooi voor de terugkeer van regelmatig muziekonderwijs op onze basisscholen.
De effecten van muziekonderwijs (blz. 39)
Modelgroep |
Controlegroep |
2u/week muziekles Op de basisschool instrumentles |
1u/week of geen muziekles |
Conclusie |
|
Kinderen uit de modelgroep hebben na 5 jaar school + 4 jaar uitgebreid muziekles een significant hoger gemiddeld IQ. Kinderen op muziek gerichte scholen (reeds bij aanvang een boven gemiddeld IQ) Sociaal zwakkere en met een lager IQ. Ook hier een grotere toename in het IQ dan bij de controlegroep. |
WAAROM: Nog een video die handelt over het belang van muziek op psychologisch vlak. |
7 psychologische feiten verbonden aan muziek.
Muziek is de taal van onze ziel.
Geschiedenis en cultuur zijn nauw verbonden met muziek en daarom is het geen verrassing dat dit een enorm effect heeft op het menselijk brein.
- Dit fenomeen werd bestudeerd in de jaren '90. Dr Gordon Shaw beweert dat het luisteren naar klassieke muziek jouw IQ met maar liefst 9 punten kan verhogen omwille van het ruimtelijk inzicht dat je beter traint met klassieke muziek.
- Mark Mieras maakt hier wel een kanttekening bij. Hij stelt dat mensen die concerten bezoeken en kinderen na schooltijd muzieklessen laten volgen, komen meestal uit een 'andere' sociale klasse. Er hoeft dus geen directe relatie te bestaan.
- Muziektherapie kan hersenschade herstellen:
- Recent onderzoek brengt aan het licht dat muziektherapie inderdaad hersenschade kan herstellen. Musiceren zou kunnen leiden tot neuregenesis (het aanmaken van nieuwe hersencellen).
- Muziek in je dromen horen:
- 6% van de ondervraagde mensen herinnert zich muziek in hun dromen. Bij muzikanten en mensen die veel naar muziek luisteren is het iets frequenter aanwezig maar nog steeds zeer weinig aanwezig.
- Het volledig brein wordt gestimuleerd bij muziekbeluistering:
- Muziek beluisteren is één van de weinige activiteiten die het hele brein benut. Denk maar aan motoriek, emoties, creativiteit zijn allemaal aan het werk.
- Muziek kan je helpen bij je taalontwikkeling:
- Tot voor 2012 werd ervan uitgegaan dat spraak en muziek in verschillende hersenhelften plaats vonden. Blijkbaar klopt deze stelling niet en spelen beiden zaken zich in beiden hersenhelften af. Hierdoor is het dus mogelijk dat muziek helpt bij taalontwikkeling en vice versa.
- Muzieksmaak vertelt over jouw persoonlijkheid:
- Uit een studie van 2004 blijkt bijvoorbeeld dat een extrovert meer houdt van 'algemene muziek'. Denk aan popmuziek.
- Dit is tevens de reden waarom we niet allemaal dezelfde smaak hebben en dat iedereen andere gevoelens kan hebben bij een bepaald muziekstuk.
- Muziektherapie bij kinderen met autisme:
- Omdat beiden hersenhelften geprikkeld worden, en het autistisch kind heel zelfbewust is, kan hij/zij zich toch houden in sociale context.
WAAROM: Ik was benieuwd naar een filosofische blik naar muziek. Via het opzoeken van kernwoorden (muzikaliteit en digitaliteit) kwam ik uiteindelijk op dit essay uit. |
Muziek is een breukmoment in het morele bewustzijn en biedt de mogelijkheid om een goed en beter mens te zijn. Omdat muziek ons opent voor het perspectief van een ander. Muziek is een oefening in empathie (blz.39).
Bewezen: actief muziek maken en beluisteren is bevorderlijk voor de plasticiteit van het brein. Iemand met een muzikaal brein leert ook beter nieuwe dingen (blz. 68).
Onderwijs dient niet om ons louter kennis bij te brengen, maar ook om ons en de wereld beter te maken. Om die taak te vervullen is het van het grootste belang dat we ons weer realiseren welk groot moreel potentieel er in de muziek vervat zit (blz. 112).
Kanttekening i.v.m. digitalisering:
Smartphonegebruik heeft als gevolg dat niet enkel lezen maar ook het luisteren eronder te lijden heeft. We verleren te luisteren (blz 73). Bekijk de invloed van Spotify qua ons luistergedrag. Een nummer mag geen ‘irritatiefactor’ meer hebben of we skippen het meteen. (blz. 72).
WAAROM: Eén van mijn bekommernissen is hoe men met kunsteducatie omgaat in het secundair onderwijs in België. Dit boekje handelt om een studie dat peilt naar het effect van muziekles op schoolprestaties. Dit onderzoek heeft plaatsgevonden in het basisonderwijs te Duitsland maar is ook accuraat voor België. |
Enkele interessante opmerkingen vanuit dit boek:
“PC als wondermiddel tegen sociaal isolement, contactstoornissen, gebrekkige sociale vaardigheden? Het bewijs daarvoor moet nog geleverd worden (blz. 19 ).
6-jarig onderzoek heeft onweerlegbaar aangetoond dat er een noodzaak aan muziek is (blz. 19).
- Filosoof Santayana: Er is niets nieuws onder de zon behalve wat we vergeten zijn.
- Daniël Bell: More and more we know less and less.
- Socrates: Het enige dat ik weet is, dat ik niets weet.
Vanuit psychologisch, muziekpedagogisch en hersenonderzoek is muziek op jonge leeftijd van onmiskenbaar belang.
Vanuit filosofisch, antropologisch, medisch of pedagogisch oogpunt moet het mogelijke gemaakt worden dat muziekonderricht voor allen na te streven is met minder financiële middelen (taak van de overheid) (blz. 22-23).
Karl Kraus: Als je de zon van cultuur laag zet, maken zelfs dwergen lange schaduwen (blz. 26).
Socrates: Daarom is de opvoeding met muziek het meest te verkiezen, omdat ritme en harmonie het diepst in onze ziel binnendringen en een gevoel van fatsoen en schoonheid bijbrengen (blz. 28).
PRO MUSICA ET EDUCATION IN MUSICA
Nut van muziek (blz. 32 ):
- Antropologisch: muziek is een medium en een onderdeel van de menselijke zelfverwezenlijking.
- Cultuurpedagogisch: mens is van nature een cultureel wezen.
- Ontologisch: muziek is anders dan andere kunstuitingen. Hans Heinrich Eggebrecht (muziekwetenschapper). Muziek behoort tot het gebied van klinken en luisteren. Het specifieke van muziek is dat het zich enkel en alleen in dit gebied afspeelt.
- Pedagogisch/ educatief: opvoedingsdeskundige Horst Rumpf sprak 20 jaar geleden over de teloorgang v/h zintuiglijk leren op school afvragen: onderwijs van tegenwoordig is meer op cognitie en minder op zintuigen gericht. Gevolg hiervan is verlies van ZINtuigen = ZINgeving is ook moeilijker dan.
Sociaalpedagogisch: De scholen mogen hun sociale verplichtingen en de kans om muziek te democratiseren niet verwaarlozen. Alleen onze scholen kunnen voorkomen dat kunst elitair wordt. Het kan en mag niet om de ‘happy few’ gaan.
90% - 95% van jongeren heeft muziek als belangrijkste vrijetijdsbesteding (blz. 36).
WAAROM: Ik was bekend met het werk van Erik Scherder vanuit mijn onderzoeksplan. Hij legt ook vaker linken tussen muziekeducatie en autisme en dat vind ik als autist zeer boeiend. Bij beiden video's gaat het weer over het aantonen hoe belangrijk muziek voor ons is. |
Muziek is een geweldige verrijking voor het brein (E. Scherder 2014)
Muziek heeft een groot effect op ons brein. Bij het beluisteren van muziek ervaren de meeste mensen wel een emotie. Het actieve gebied van emotie in het brein ligt dicht bij het motorisch gebied. Dit is ook de verklaring waarom we de neiging hebben om te bewegen op muziek. Dit kan zich ook uiten in het krijgen van rillingen.
Het heeft een invloed op:
- Onze stemming: Dit is een pure chemische reactie in het brein. Filmregisseurs maken hier dankbaar gebruik van om een scene extra gevoel te geven.
- Onze studies: d.m.v. muziek krijg je een efficiënter brein omdat het letterlijk groter is en er meer interne verbindingen gemaakt zijn.
- Onze gezondheid: gezond brein <----> gezond lichaam.
Er is nog een verschil tussen mensen die actief musiceren en passief muziek beluisteren. Dit is aangetoond geweest d.m.v. onderzoek waarbij ze een FRMI-scanner gebruiken om te zien welke delen van het brein gebruikt worden bij bepaalde acties.
Bij het beluisteren werd iedere zone van het brein gebruikt maar bij het actief musiceren was er vuurwerk qua hersenactiviteit. Actief musiceren komt overeen met een heuse work-out.
Eerdere aanname waarbij men ervan uitging dat muziek zich in een bepaalde hersenhelft zou afspelen, is weerlegd met recenter onderzoek. Bewijzen hiervoor zijn ook te vinden bij mensen die hersenschade hebben opgelopen. Deze kunnen bijvoorbeeld niet meer lezen maar wel nog notenlezen. Of ze kunnen nog piano spelen maar niet meer motorisch in staat zijn om hun jas dicht te doen.
Muziek is in staat om dopamine aan te maken. De neurotransmitter die instaat voor het gevoel van voldoening komt ook in werking bij bijvoorbeeld:
- Ons favoriete eten
- Een goede sportprestatie
- Drugsgebruik
- Seks
WAAROM: Ik kwam eerder per toeval op deze podcast terecht maar des te meer interessant werd het. Hieruit blijkt nog eens het belang van muziek. |
Uit deze zeer interessante podcast haal ik toch een paar opmerkelijke vaststellingen:
- 95% van de mensen zijn muzikaal. Dat wil niet zeggen dat ze er iets mee doen maar ze zouden in staat zijn tot. 5% is echt niet in staat.
- Muziek is iets fundamenteel. Het kan de gemoedstoestand versterken of wijzigen, emotie regulatie genoemd.
- Het maakt dopamine aan. Het gelukshormoon dat ons blij maakt.
- Toegevoegde waarde voor de ontwikkeling van een kind. Vandaar vindt Artur het ook belangrijk om muziek in de klas te beleven. Door muziek te maken:
- Krijg je een beter brein cadeau.
- Sla je een brug bij sociale gebeurtenissen. Muziek kan groepen van mensen verbinden.
- Je maakt beter gebruik van je lichaam. Je krijgt meer lichaamscontrole als je de controle over een instrument hebt moeten leren.
- Je krijgt meer zelfvertrouwen. Je legt jezelf bloot en door het beheersen van je instrument, de kracht van je muzikale interpretatie ga je in gesprek met andere mensen. Hierdoor leer je jouw visie beter verdedigen en daardoor krijg je weer meer zelfvertrouwen. Door de aangeleverde kritiek is er dan ook nog mogelijkheid tot leerwinst.
- Empathie. Al bij het creëren van een muziekstuk ga je een inwendig empathisch zelfgesprek voeren.
Kathleen Vanhees
Profiel:
Pedagogische begeleidster muzikale opvoeding Koepel: Katholiek onderwijs Vlaanderen. https://www.katholiekonderwijs.vlaanderen/ Datum interview: 17 oktober 2022
|
Het gesprek begon vanuit de urgentie en mijn visie op kunsteducatie. Waarom moet die gepassioneerde leerkracht voor de klas blijven en waarom is die fysieke ruimte zo belangrijk. Om de situatie te schetsen heb ik als inleiding een korte uitleg gedaan over teamteach op de Provinciale Handelsschool te Hasselt.
Volgens Kathleen klopt het verhaal op onze school sowieso niet. Ofwel richt je het vak artistieke vorming in waarin verschillende disciplines in huizen ofwel richt je plastische en muzikale opvoeding apart in. In onze lessentabel richten ze de vakken apart in maar toch krijgen ze geen enkel uur muziek?
Scholen krijgen heel wat vrijheid in hoe ze de uren kunst inrichten. In het Katholiek onderwijs Vlaanderen zouden toch nog de meeste scholen inzetten op de vakken apart inrichten.
Bij de uitleg van het experiment werd het moeilijker. Ik deed mijn uitleg over Framevr.io en ze vroeg me meteen wat dan het verschil is met een ‘gewone’ online les. Als ik dan ‘gamification’ gebruik, begint ze meteen in termen van mijn levels te spreken. Dat moet volgens mij nog niet per definitie in gamification te zitten? Verdergaand op mijn VR-verhaal gaf ze me de naam van Paul van der Heijden op als tip. Aangezien dit met studiecoach is, zit ik wel al goed wat coaching betreft.
Kwestie visie zitten we op hetzelfde spoor. Een goed uitgerust muzieklokaal (fysieke ruimte) is noodzakelijk om tot een goede beleving te komen. Kathleen stelt zich de vraag: 'hoe kunnen we de laptops zinvol inzetten in de muziekles?' Ze maakt een heel goed punt als ze zegt dat leerlingen tegenwoordig bedolven worden onder beeldschermen en dat een actieve muziekles wel een verademing kan zijn om dan eens met muziekinstrumenten bezig te zijn i.p.v. een scherm. Het is ook een dubbele in die zin dat sommige leerlingen enkel op school even in contact kunnen komen met echte instrumenten terwijl ze met schermen thuis wel in contact komen. Ze is niet tegen de digitalisering en ziet het ook als een mogelijke aanvulling. Volledig digitaal gaan, is ze geen voorstander van omdat je zo de kracht van samen musiceren toch niet kunt beleven. Plus het feit dat het socio-emotionele luik ook haast geen ruimte meer heeft.
Hier plaatst Kathleen wel een interessante kantlijn bij. Ik vond het leuk om een soort vertrouwenspersoon te worden voor de leerlingen op de speelplaats. Dit was vaak een gevolg van het bepaald thema dat ik in de les muziek had aangesneden. Kathleen vindt dit net een moeilijke. Zij zegt als je een full time opdracht muzikale opvoeding hebt, heb je 22 uren les per week. Neem een gemiddelde van 20 leerlingen per klas die je één uurtje per week ziet. Dan wordt het toch moeilijk om een aanspreekpunt te worden.
Kwestie digitale geletterdheid van het lerarenkorps geeft ze aan dat dit heel divers is. Van complete digibeten tot zeer handige ICT-gebruikers. Mevrouw Vanhees is zelf ook onderzoek aan het doen en uit een ploeg van 200 leerkrachten vond ze ook amper bereidwillige om mee te werken. Dit doet me uiteraard denken aan mijn focusgroep die ik heb moeten afblazen omdat ik te weinig leerkrachten op de been kreeg.
Tijdens het gesprek hebben we het uiteraard ook over de praktijk gehad. Kathleen vond mijn gebruik van bookwidgets binnen het vak muzikale opvoeding wel interessant. Zeker omdat ze zelf bezig is om hier nascholingen in te organiseren. Over mijn VR-ruimte had ze wel nog praktische vragen zoals of de brillen noodzakelijk zijn, of je software moet installeren? Hoe kun je inpikken op vragen van de leerlingen? Ook hier werd duidelijk dat je toch al over bepaalde IT-vaardigheden moet beschikken om dit goed te laten werken want de doorloop met ondersteuning verliep toch redelijk moeizaam. Ze begon hier ook de advocaat van de duivel te spelen en alle argumenten te verwerpen. Mijn voorbeeld van de Makeylele voor STEAM-onderwijs vond ze op haar beurt wel weer tof.
Op gegeven moment ging het gesprek over de algemene zaken van het onderwijs zoals urenverdeling en aanbesteding van financiële middelen.
Ten slotte hebben we gesprek afgesloten door over haar nascholingen te praten. Ze heeft me zelf aangeboden om mee te werken hieraan maar daar heb ik helaas nu geen tijd voor.
WAAROM: Ik was benieuwd naar deze bron omwille van het online lesgeven. Uiteindelijk stond er toch niet zoveel bruikbaar materiaal in voor mijn onderzoek. Het verschil tussen synchroon en asynchroon is wel zeer belangrijk. |
Online leren verloopt ofwel synchroon of asynchroon
Synchroon speelt zich nu af. Bijvoorbeeld een livestream van de les. Vergelijkbaar met een gewone les op school. Alles speelt zich in 'real time' af.
Asynchroon is het omgekeerde. Bijvoorbeeld les a.d.h.v. opgenomen filmmateriaal. Iedere leerlingen bekijkt dit wanneer het uitkomt in zijn planning.
Wat zijn nu de voor- en nadelen?
Asynchroon | Synchroon | |
Voordelen |
|
|
Nadelen |
|
|
WAAROM: Tijdens mijn onderzoek kwam ik uit op deze video van Mary Mercurio. Ze heeft deze video gemaakt tijdens haar studies master art education. Naar aanleiding van deze video heb ik contact opgenomen met Mary. Zij blijkt woonachtig te zijn in New York en ze is heel blij dat iemand van België geïnspireerd is door haar video. Mary haar onderzoek ligt dichtbij mijn onderzoek. Zo heb ik heel wat info kunnen uitwisselen over virtuele ruimtes. |
Deze video kwam ten tijde van de Coronapandemie en toen was er een explosieve vraag naar afstandsonderwijs (omgevingen en toepassingen). Haar discipline is beeldende kunst en dus is ze van hieruit vertrokken. Haar filosofie is dat als je naar een museum gaat, kun je bij ieder werk stil staan en er een discussie over voeren. Deze filosofie heeft ze willen doortrekken in VR-omgevingen. Ze gebruikt hiervoor de 'gallery walk'* als onderwijstechniek. Qua tools gebruikt ze:
- Mozilla hubs
- Cospace.edu
- Artsteps.com
WAAROM: Deze bron kon ik absoluut niet onaangeroerd laten liggen. Een boekje uitgegeven met de steun van onderwijs Vlaanderen en dat handelt over 'digitale didactiek' waar mijn onderzoek van doordrenkt is. |
De geletterde persoon is met andere woorden sociaal en communicatief vaardig. Digitale geletterdheid brengt nieuwe tekstvormen met zich mee zoals menubalken op webpagina’s, mappenstructuur harde schijf, e-boeken, maar ook resultaten van zoekrobots. Er zijn nu ook nieuwe ‘dragers’ zoals bijvoorbeeld de tablet of smartphone.
Het taalgebruik op zich is ook gewijzigd. Denk aan msn- en chattaal (blz. 15).
Digitale vaardigheid leren selecteren, vergt de vaardigheid om snel, diagonaal en kritisch te lezen en dit bovendien in verschillende talen.
Kennisoverdracht moet niet per definitie face-to-face gebeuren. Samenwerken kan zoals voorheen mondeling/ schriftelijk, synchroon / asynchroon, haastig of langzaam gebeuren. Haarscherpe formulering is wel van uiterste belang (blz. 17).
Digitale ontwikkelingsdoelen voor leerlingen: de ISTE-standaard. International Society for Technology in Education (blz. 19):
Bij Kennisoverdracht is het doel het verwerven van kennis. Dit kan op allerlei manieren gebeuren.
Bij Leervaardigheid is het doel om leerlingen te leren hoe ze moeten leren d.m.v. leertraject te documenteren en evalueren (blz. 26).
Leersucces krijgt hierdoor ook een nieuwe invulling. Reproduceren of toepassen van de verworven kennis is niet langer de definitie maar ook het vermogen om oplossingen te vinden hoort er nu bij (blz. 27).
Hierdoor belangrijke verschuiving.
Leraar organiseert de les en laat zich bijstaan door digitale middelen en gaat de leerlingen meer coachen dan pure kennisoverdracht te doen.
Het is een misopvatting dat de leerlingen geen fysieke communicatie en/of ruimte meer nodig hebben bij digitaal onderwijs. Digitale didactiek draait niet enkel om de technologie maar wel naar het zoeken naar oplossingen (blz. 28).
Uiteenzettend en explorerend leren.
Uiteenzettend: geheel gepland door de leerkracht. PPP-methode (Presentation nieuwe kennis – Processing verwerken nieuwe kennis – Production reproduceren nieuwe kennis).
Explorerend: leerling en zijn interesses als uitgangspunt nemen. De leraar treedt hier meer op als coach (blz. 30).
Mentaliteitswitch nodig: gevonden informatie heeft niet altijd een grondige kwaliteitscontrole ondergaan. Deze bewustwording blijft wel een taak van het onderwijs.
Leren blijft systematisch verlopen zodat het verteerbaar blijft. Ook hier is ondersteuning van een leerkracht gewenst. Stephen Krashen i + 1 (input plus one 1987) (blz. 31).
Portaalsite’s zoals digibordopschool.nl kunnen verrijkend zijn als naslagwerk. Leerlingen kunnen filmpjes thuis herbekijken om zo de leerstof te herhalen (blz. 35).
Er zijn ook heel wat tools die werken met beloningen en levels en dergelijke (gamification principe). Zulke programma’s kunnen ook erg frustrerend zijn en ergernis oproepen (blz. 36).
Van individueel leren naar sociaal leren. Het sociaal leren lijkt een dominantere rol in te nemen. Persoonlijke noot. Ik ben het hier gedeeltelijk mee eens als ik bekijk hoe onderwijsinstellingen meer inzetten op leergemeenschappen maar over digitalisering heb ik vaak het gevoel dat ze het sociale net erbuiten laten en de leerlingen veel individuele ICT-opdrachten geven (blz. 37).
Ondanks het feit dat zoveel verschillende soorten technologie beschikbaar zijn, moet de eerste vraag niet luiden: welke technologie lijkt leuk en kan onze leerlingen motiveren? Maar wel: hoe organiseren we het leren van onze leerlingen op zo’n manier dat ze effectief leren wat ze moeten leren (blz. 48).
Live activiteiten zijn synchroon waaraan iedereen tegelijkertijd deelneemt en geleid wordt door de leerkracht.
Zelfstandige op eigen ritme oefeningen (self-paced) zijn asynchroon en kunnen perfect ingezet worden voor differentiëring en verdieping. Ook ICT-middelen kunnen hier een grote rol in spelen.
Games bieden een unieke combinatie van verhaal en spel, beeld en tekst en kunnen ook zeer waardevol zijn (blz. 49-57)
www.educationalsimulations.com.
Creativiteit is een sleutelwoord in onze multimediawereld. Je pimpt je GSM of je facebookprofiel. Pimpen is zelfexpressie. Ook minder creatieve leerlingen kunnen zo op hun eigen manier uitdrukking geven aan wie ze zijn (blz. 85).
Leerlingen hun e-identiteit moet echter ook beschermd worden op het net. Vandaar dat veel scholen een internetprotocol laten ondertekenen (blz. 87-89).
WAAROM: Jean Linden is mijn directeur geweest in het begin van mijn leerkrachtenloopbaan. Ik heb echter niets gebruikt van deze bronnen in mijn onderzoek. Alhoewel er één heel belangrijke boodschap toch meegenomen moet worden: ICT is een hulpmiddel en GEEN doel op zich. |
Digitale didactiek
- Motivatie leerkrachten:
- Meesterschap: Mogelijkheid om jezelf te verbeteren
- Autonomie: Mogelijkheid tot leiderschap. Jij kiest zelf de weg die je wil belopen met je leerlingen.
- Doel: Mogelijkheid tot bijdrage aan de wereld.
- Motivatie leerlingen:
- Meesterschap: Ervan uitgaan dat leerlingen graag leren.
- Autonomie: Leerlingen willen enkel niet altijd leren op de momenten dat de leerkracht wil dat ze leren.
- Doel: Hun wereld aangenamer maken (d.m.v. digitaliteit) kan het leren dan weer stimuleren.
ICT is een hulpmiddel en GEEN doel op zich. Dat moeten leerkrachten wel goed bewaken.
7 pijlers van digitale didactiek:
- Relaties leggen: leerlingen onderling maar ook met externen.
- Creëren: onderzoek doen en betekenis geven.
- Naar buiten brengen: Iets publiceren
- Transparant maken: processen zichtbaar maken
- Leren leren: reflecteren op processen
- Competenties centraal stellen: ontwikkelen, zichtbaar maken en vastleggen
- Flexibiliteit verhogen: Differentiëren.
Meeting VR / Metaverse coach
Tijdens het surfen van de ene link naar de andere kwam ik ineens uit op de volgende website: https://thevrcoaches.com/ die meteen gecontacteerd werd. Paar uurtjes later mocht ik al een telefoontje ontvangen om namiddag deel te nemen aan een infosessie.
Het lesgeven in de virtuele wereld zit serieus in de lift en is globaal geliefd. Deelnemers kwamen vanuit de Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, Duitsland, België en Nederland.
Het platform bestaat nu 3 maanden met coaches uit de gehele wereld maar het bedrijf is gevestigd te Nederland. Hun bedoeling is een gemeenschap te creëren die VR en metaverse gaan gebruiken voor allerlei doeleinden.
Technology is changing the world.
Snelst groeiende beroepen in Nederland zijn IT gevolgd door coach. Vandaar dat zij deze twee elementen combineren tot een succesformule. Ze werken ook echt met het communitygevoel. Tijdens zo een infomoment wordt er heel veel kennis gedeeld in twee richtingen.
Hoe ziet de toekomst er waarschijnlijk uit?
Alle info zal gedigitaliseerd worden. Daar zijn alle instanties al een hele tijd mee bezig.
Samenwerking met educators in VR verder blijven uitbouwen. VR-ruimtes werden in het begin niet metaverse genoemd omdat Facebook die naam nog niet had gelanceerd.
Enkele VR-spaces om te bekijken:
- Decentraland
- Engaged (dure prijs)
- Engage
- Co-spaces.edu
- Artsteps.com
- Mozilla hubs (hybride leeromgeving)
- Framevr.io
- Outspaced (going down to Microsoft mesh)
- Altspace VR (shutting down)
- Spatial (avatars vrij realistisch, kunt geen grote projecten bouwen) spatial.io
- Minecraft integreren in VR
Bevindingen:
Je kunt iemands energie voelen in de metaverse zowel negatieve als positieve. Ze geven zo verschillende sessies. Het is tevens belangrijk om te vermelden dat je zowel een leven in de natuur als in het digitale hebt. Een gezonde balans moet je bewaken.
Metaverse coaching: coachen in de VR-ruimte.
VR coaching: je coacht in de real life maar je gebruikt VR erbij. Bijvoorbeeld bij angsten overwinnen.
Ann Fastré
Profiel: Teamleider didactische onderbouwing Bedrijf: i-Learn https://www.i-learn.be Datum interview:19 januari 2023
|
I-Learn is een onderzoeksproject (2019-2023) omtrent digitaal gepersonaliseerd leren voor het volledige leerplicht onderwijs. Het project is beperkt in financiële middelen en moet daarom kijken waarop ze inzetten. Er is een bevraging gedaan bij leerkrachten waar de noden liggen inzake digitaliteit Zowel op gebied van professionalisering bij het gebruik van digitale tools als hulp om tools te vinden. De gemeenschappelijke factor was dat het vooral de algemene vakken waren die hier vraag naar hadden. Ze hebben dan het principe van breed inzetbare tools doorgetrokken doorheen het gehele project en een aantal focusthema’s bepaald zoals ‘anderstalige nieuwkomers’, ‘hoogbegaafdheid’, ….
Het is dus niet zo dat ze bepaalde vakken vrijwillig hebben buitengesloten maar zo zijn kunstvakken wel buiten de boot gevallen omwille van de ontbrekende vragende partij (leerkrachten).
Ook mevrouw Fastré is van mening dat de digitale geletterdheid van de leerkrachten heel varieert. Omdat mijn bevraging online is verlopen, schat ze dat mijn enquête vertekende cijfers bevat en heeft ze, net zoals ik, het vermoeden dat waarschijnlijk de meer IT-minded leerkracht de bevraging invulde maar de rest niet.
Er is een wezenlijk verschil in digitale geletterdheid. Een tablet of pc gebruiken of een les ontwerpen met digitale middelen is nog een heel verschil. Bij de laatste groep van leerkrachten zit er nog een grote weerstand op de digitalisering en deze zullen moeilijk te overtuigen zijn. De coaches van i-Learn moeten meer ondersteuning geven over het nut van het digitale i.p.v. technische ondersteuning. Dit herken ik ook vanuit mijn ervaring als ICT-coördinator.
Het onderzoek loopt dit schooljaar af maar er zijn onderhandelingen om het verder te zetten. Al dan niet gecommercialiseerd maar met behoud van de laagdrempeligheid.
De hoofdpartners in dit onderzoek: KU Leuven, Imec en Itec. Er lopen verschillende onderzoekteams naast mekaar door. Eentje is bezig met de grafische vormgeving van het dashboard. Een ander team is bezig met een ‘recommender’ systeem zoals netflix en spotify dat suggesties geeft op basis van jouw gebruik. Zou dat kunnen werken met onderwijstools?
De eindtermen bepalen wat de leerlingen moeten kennen en kunnen aan het einde van een leerjaar of een graad. Ze zouden jongeren beter moeten voorbereiden op een steeds sneller veranderende maatschappij.
Er is een grote onderwijsvernieuwing geweest op 1 september 2019 met nieuwe eindtermen voor de 1ste graad van het secundair onderwijs. De taxonomie van Bloom groeide uit tot een belangrijk communicatiemiddel binnen het onderwijs. Eind jaren negentig werd deze taxonomie herzien o.l.v. David Krathwohl en Lorin Anderson, twee gezaghebbende onderwijspsychologen. Eindtermen werden verdeeld in 16 sleutelcompetenties en waarvan nummer 16 (cultureel bewustzijn) voor de kunstvakken is. Deze eindtermen zijn dus dezelfde voor A- en B-stroom maar zijn ook niet vakgebonden. Dat wil dus zeggen dat je deze eindtermen kunt bereiken door muzikale- en/of plastische opvoeding, maar het kan ook door één van de twee vakken behaald worden. Men is dus niet meer verplicht om de twee vakken in te richten.
De taxonomie van Bloom is alom bekend bij mensen uit het onderwijs in Vlaanderen. Deze taxonomie ligt aan de basis voor het ontwerpen van de eindtermen en leerplannen. Enkel is het leren gewijzigd tussen nu en 1956. Vandaar dat deze zes niveaus van cognitief leren ook een update heeft ondergaan.
hogere orde denkvaardigheden | Oude versie | Nieuwe versie | |||
Evaluatie | Leerlingen krijgen feedback op hun geleverd werk. | Creëren | Is de leerling in staat om een nieuw product te ontwikkelen of een nieuwe visie in te nemen. | ||
Synthese | Kan de leerlingen verschillende onderdelen samenbrengen in één ruimere taak. | Evaluatie | Is de leerling in staat om een bepaalde keuze te rechtvaardigen. | ||
Analyse | Kan de leerling nieuwe kennis onderscheiden op basis van eerder verworven kennis. | Analyse | Is de leerling in staat om de verschillende kennisonderdelen te onderscheiden. | ||
lagere orde denkvaardigheden | Toepassen | Infoefenen van de nieuwe kennis. | Toepassen | Is de leerling in staat om de verworden kennis toe te passen in een nieuwe situatie. | |
Bevatten | Begrijpt de leerling de nieuwe kennis? | Begrijpen | Is de leerling in staat om de nieuwe kennis te verklaren. | ||
Kennis | We bieden de leerling nieuwe kennis aan. | Herinneren | Is de leerling in staat om zich de nieuwe kennis te herinneren. |
Het grote verschil tussen de update zit in de top van de piramide. Creëren is een nieuwe stap. Dit vind ik wel een goede toevoeging en gaat dieper in op de kennis dan in het oude model. In het oude model kon je een reproductietoets of examen opstellen om in orde te zijn voor de inspectie. Nu moeten de leerlingen in staat zijn om effectief iets te doen met de leerstof. Ofwel creëren ze er een nieuw werk mee ofwel nemen ze een visie in met integratie van de leerstof.
In sommige vakfiches die aangeleverd worden door de onderwijskoepels, vind je deze taxonomie terug. De kennisdimensie omvat vier categorieën: feitelijke, conceptuele, procedurele en metacognitieve kennis. Die staan op een continuüm van concreet (feitelijke kennis) naar meer abstract (metacognitieve kennis). Dit vind je ook terug in de vakfiches van de provinciale koepel.
Als we de koepels naast mekaar plaatsen, moet ik toch vaststellen dat het leerplan van het katholiek onderwijs meer uitgebreid is. Zij hebben ook nog steeds verschillende leerplannen voor muzikale- en plastische opvoeding. Het gemeenschapsonderwijs zit in dezelfde lijn als het provinciaal onderwijs.
katholiek onderwijs Vlaanderen | Provinciaal onderwijs Vlaanderen | Gemeenschapsonderwijs Vlaanderen |
Vakfiche MO / PO | leerplan basisvorming 1A |
De taxonomie van Bloom wordt inmiddels invalide genoemd omwille van zijn ouderdom. Er zijn verschillende onderwijsexperts die niet meer geloven in deze taxonomie en vinden deze totaal gedateerd. Hoewel David Krathwohl en Lorin Anderson deze al herwerkt hebben.
Heel wat onderwijsverstrekkers willen meer autonomie aan de leerlingen geven en zoeken daarom ook meer inspiratie in de taxonomie van Marzano en Kendall (2007). Deze gaat ervan uit dat bij elke nieuwe taak, het leerproces van de drie systemen afhankelijk is. Het zelfsysteem moet hierbij als eerste aangewend worden, om de lerende te motiveren. Daarna wordt het metacognitieve systeem ingezet: de lerende bepaalt eerst wat hij/zij al weet. Het cognitieve systeem wordt daarna aangesproken, waarbij onderscheid wordt gemaakt in ophalen, begrijpen, analyseren en gebruiken.
OPMERKING: als leerkracht en zelfs als school heb je niet altijd de keus over welke taxonomie te volgen. In België zijn bijvoorbeeld de eindtermen geschreven met Bloom in het achterhoofd.