René Descartes

1596 - 1650

 

Het vrijheidsbegrip volgens Descartes zoals geïnterpreteerd door Ruler (2018):

 

René Descartes is een Franse filosoof die aan de wieg ligt van de moderne filosofie.

 

René Descartes heeft enkele bekende uitspraken waaronder 'ik denk dus ik ben'. Hij heeft het ook over dualisme waarin het lichaam een machine is zonder vrije wil en het denken volledig vrij is.

 

Op deze theorie is veel commentaar door onder andere neurowetenschappers. Zij zeggen dat de vrijheid van Descartes slechts een illusie is.

 

Toch zegt Descartes dat ons denken vrij is en meer dan een biologische machine. We kunnen, mogen en moeten twijfelen en denken. Al is besluitloosheid en twijfel, de laagste vorm van vrijheid. (Ruler, 2018)

 

Opnieuw koos ik voor een recente weergave van het werk van Descartes om dichter bij de huidige tijdsgeest te blijven. 

 

vvan Ruler, H. (2018). Historisch profiel Descartes. Filosofie magazine, 2018(12). https://www.filosofie.nl/historisch-profiel-descartes/

 

 

Immanuel Kant

1724 - 1804

 

Het vrijheidsbegrip volgens Kant zoals geïnterpreteerd door Demenchonok (2019):

 

Kant is een Duitse filosoof die leefde in de tijd van de verlichting. Vrijheid is een thema dat doorheen zijn werk steeds naar boven komt.

 

Kant vertrekt vanuit het idee dat iedereen vrij is, maar dat dit verantwoordelijkheid met zich meebrengt. In zijn vroege werk gaat hij op zoek hoe hij de beperking van de opvatting van vrijheid als het onafhankelijk zijn van je eigen en anders verlangen kan overwinnen.

 

Zijn begrip van vrijheid impliceert meteen verantwoordelijkheid. Hij schrijft over de autonome mens. Later in het categorisch imperatief heeft hij het over het handelen volgens dat principe waarvan je zou willen dat het een algemene wet wordt. Het gaat dus niet om het nastreven van individuele vrijheid. Wanneer iedereen zou doen waar die zin in heeft, gaat dit ten koste van iedereens vrijheid. (Demenchonok, 2019)

 

Net als bij vele andere overleden filosofen zijn er verschillende interpretaties van zijn werken en is niet iedereen het altijd eens met alle inerpretaties. Al focust deze onenigheid zich voornamelijk op nuance verschillen en zijn de grote lijnen die hier beschreven staan over het algemeen aanvaard.

 

Ik koos hierbij bewust niet voor de primaire bron maar een meer recente interpretatie van het werk van Kant om het dichter bij de huidige tijdsgeest te houden. 

 

Demenchonok, E. (2019). Learning from Kant: On Freedom. Revista Portuguesa de Filosofia, 75(1), 191–230. https://doi.org/10.17990/rpf/2019_75_1_0191

 

Rudolf Steiner

1861 - 1925

 

Het vrijheidsbegrip volgens Steiner (1893/2019):

 

Steiner (2019) beschrijft vrijheid als het vermogen om vanuit ons innerlijke wezen te handelen. Als onze beweegredenen voortkomen uit dit innerlijke deel, voelen we ons vrij in onze acties. Met andere woorden, vrijheid komt voort uit onze innerlijke impulsen en intenties.

Aan de andere kant wordt alles wat niet voortkomt uit ons innerlijke wezen, zoals handelen vanuit natuurlijke behoeften of ethische normen, als onvrij ervaren. Dit betekent dat we ons niet vrij voelen als we handelen vanuit externe dwang of regels, maar juist wel als we handelen vanuit onze eigen innerlijke motivatie. Vrijheid wordt dus geassocieerd met het volgen van onze eigen innerlijke stem en impulsen.

 

Er werd veel over Steiner's werk geschreven. Maar het originele werk van Steiner staat sterk op zichzelf en werd recent heruitgebracht. Ik koos dan ook voor de heruitgebrachte primaire bron te gebruiken. 

 

Steiner, R. (2019). De filosofie van vrijheid: hoofdlijnen van een moderne visie op mens en wereld : observaties in de ziel volgens de methode van de natuurwetenschap. (P. Blomaard, Vert.; 4de editie). Ef & Ef media. (Oorspronkelijk gepubliceerd 1893)

Vrijheid: een woelige geschiedenis

 

Een boek van Annelien De Dijn

 

Wanneer er gepraat of geschreven wordt over vrijheid kan je bijna niet rond het boek van Annelien De Dijn (2021). 

De Belgische historicus beschreef in haar boek de geschiedenis van het vrijheidsbegrip. Het boek biedt een handige houvast voor de zoektocht naar verschillende vrijheidsbegrippen en helpt bij het scheppen van een globaal beeld op de evolutie van het begrip. 

 

Er is echter ook kritiek op het boek van De Dijn. Zo schrijft filosoof Hans Achterhuis (2021) dat het boek uit slechte filosofie en oppervlakkige geschiedenis bestaat. Hij oppert dat De Dijn vele filosofen die ze bespreekt niet of nauwelijk gelezen heeft en daardoor niet veel meer dan gemeenplaatsen over hen kan debiteren. Bovendien wijst hij op enkele historische en filosofische fouten in het boek. 

 

Ondanks de kritiek is er ook veel lof voor het werk van Annelien De Dijn. Bovendien is de orignele Engelse uitgave uitgegeven door de hoogaangeschreven Harvard University Press, al is dat geen doorslaggevende factor om de kwaliteit van het werk aan te duiden. 

 

Ik kies ervoor dit boek als houvast en leiddraad te gebruiken in mijn zoektocht, maar me daarnaast zoveel mogelijk door filosofische bronnen te laten leiden. 

 

 

Achterhuis, H. (2021). 'Vrijheid' van Annelien De Dijn is vlees noch vis. Filosofie Magazine. Geraadpleegd op 10 september 2022 van https://www.filosofie.nl/hans-achterhuis-vrijheid-van-annelien-de-dijn-is-vlees-noch-vis/


De Dijn, A. (2021). Vrijheid: Een woelige geschiedenis (F. Hendriks, Vert.). Alfabet uitgevers.


 

Wat haal ik hieruit? 

 

In het vrijheidsbegrip volgens Locke (Coster, 2018) is er sprake van het afstaan van enkele rechten aan een hogere macht, de overheid, om vrijheid voor iedereen te waarborgen en na te gaan dat anderen geen schade ondervinden. Het vrijheidsbegrip van Mill (De Wit, 2009) sluit hierop aan. Dat zegt dat je volledig vrij bent, zolang je anderen geen schade toedient. Deze opvatting vindt aansluiting bij de negatieve vrijheidsopvatting van Berlin (1996) waar sprake is van vrijheid bij de afwezigheid van dwang door andere mensen.

 

Rousseau (van Balen, 2018) ziet vrijheid als het vermogen om te leven onder zelfgemaakte wetten.  Dit sluit aan bij Kants vrijheidsbegrip (Demenchonok, 2019) waar vrijheid verantwoordelijkheid met zich meebrengt. Er wordt gesproken over de autonome mens. Deze opvatttingen vinden steun bij het positieve vrijheidsbegrip van Berlin (1996). Dat spreekt over vrijheid wanneer mensen meester over zichzelf zijn. Dat ze ergens welbewust toe besluiten.

 

In het vrijheidsbegrip van Descartes (Ruler, 2018) is vrijheid niet zomaar iets dat je van nature bezit, maar vereist het denkwerk. Het is iets waar je aan moet werken. Dat is ook in het begrip van Mill (De Wit, 2009) terug te vinden waar beschreven wordt dat vrijheid iets is dat je voortdurend mogelijk moet maken. Ook Arendt (Stonder 2022) onderschrijft het belang van verantwoordelijkheid wanneer het om vrijheid gaat. Ze benadrukt het belang van kritisch denken en het vermogen verantwoording af te leggen. 

 

Steiner (1893/2019) zet zich hier tegenover, of toch niet helemaal op dezelfde lijn. In zijn vrijheidsbegrip wordt gesproken van vrijheid van het volgen van innerlijke impulsen en motivaties. Wanneer er gehandeld wordt vanuit ethische normen, wordt dit als onvrij ervaren. 

 

Iets wat regelmatig terugkomt, zowel in het begrip van Locke, als dat van Rousseau, Kant en Berlin komt er een balans terug. Een balans tussen individuele vrijheid en sociale vrijheid.

Eigen interpretaties & gedachten die blijven hangen

Filosofie


Vrijheid is een abstract begrip. Laat dat nu net iets zijn waar filosofen gespecialiseerd in zijn. Ter verkenning van het begrip wordt de vraag 'Wat is vrijheid?' onderzocht vanuit de filosofie. Hierbij komen verschillende filosofen aan bod. Het dient als verkennend onderzoek om een zicht te krijgen op een aantal mogelijke opvattingen van het begrip. 

Mijn interpretatie van Locke:

 

Regels zijn er om de vrijheid voor iedereen te waarborgen.


 

Gedachte uit het vrijheidsbegrip van Mill: 

 

Om te kunnen spreken van vrijheid moet je mensen in staat stellen hun eigen keuzes te maken. Autonome mensen opleiden is hier een belangrijk onderdeel van.


John Locke

1632 - 1704

 

Het vrijheidsbegrip volgens Locke zoals geïnterpreteerd door Coster (2018):

 

Wanneer mensen reflecteren op wat ze echt nodig heben om een goed leven te leiden, ontdekken ze dat dit het recht op leven, gezondheid, vrijheid en eigendom daar de basis van zijn en dat dit voor anderen ook zo is. Naast je eigen rechten, heb je dus ook een plicht deze rechten van anderen niet te ontnemen. 

Locke spreekt van een sociaal contract, hierbij besluiten mensen een aantal rechten af te staan aan een overheid, om zo te voorkomen dat persoonlijke rechten geschonden worden. (Coster, 2018)

 

De mens wordt volgens Locke geboren in volledige vrijheid en heeft het recht te handelen wat volgens hen het beste is. Deze vrijheid is een recht voor iedereen. Ieder mens mag dus ook deze vrijheid verdedigen wanneer deze in het gedrang komt. (Locke, 1689)

 

Ik maak opnieuw gebruik van een secundaire bron om dichter bij de huidige tijdsgeest te blijven. Daarnaast maak ik ook gebruik van de primaire bron om beter te begrijpen waarover het gaat. 

 

Coster, B. (2018). John Locke: Denk als een rebel. Filosofie Magazine. 2018 (1)


Locke, J. (1689). The Two Treatises of Civil Government (Hollis T. red). A. Millar et al.

 

Waarom deze filosofen?

 

Verschillende filosofen hebben zich over het begrip vrijheid gebogen. Het is onmogelijk om ze binnen dit beperkte onderzoek allemaal onder de loep te nemen. Daarom worden er een aantal uitgekozen op basis van volgende aspecten:

 

  • Relavantie binnen het onderzoek: sommige filosofen schrijven uitgebreid over politieke vrijheid, op een manier dat te ver ligt van het vrijheidsaspect binnen dit onderzoek, namelijk vrijheid tijdens het museumbezoek.
  • Nadruk binnen eigen werk: vrijheid is bij enkele filosofen een centraal thema in al hun werk, iets waar ze jaren lang mee bezig zijn en voor anderen slechts een korte notie. Wanneer een filosoof zijn hele leven rond vrijheid heeft gewerkt, lijkt het me relevant om deze werken te bekijken en op te nemen in dit onderzoek.
  • Relevantie binnen huidige tijdsgeest: filosofen zijn van alle tijden. Veel filosofen leefden dus in een andere tijdsgeest. Wanneer filosofen in onze huidige tijdgeest over vrijheid schrijven, of oudere werken over vrijheid in de huidige tijdgeest plaatsen, lijken dit me interessante werken om te betrekken in dit onderzoek.

 

Daarnaast raadpleegde ik Heloisa Amaral, een pianiste die naast haar carrière als uitvoerend muzikant actief is als curator, docent en artistiek onderzoeker. Ze heeft een bijzondere interesse in de politieke en filosofische aspecten van hedendaagse muziekuitvoering. Dit laatste maakt haar een interessante gesprekspartner binnen dit onderwerp.

Naast enkele intressante werken en filosofen raadde ze me ook nog aan om filosofen / kunstenaars als Jacques Rancière en Hans Abbing onder de loep te nemen. Voor dit onderdeel leg ik deze bewust even naast me neer. Zij zoomen namelijk minder in op het vrijheidsbegrip en meer op kunst en/of educatie. Later in dit onderzoek kunnen ze dus nog wel intressant zijn. 

Meer over dit gesprek vind je terug bij 'Begeleidingsverslagen'.

 

Op basis hiervan stelde ik deze huidige lijst met filosofen en de bijhorende bronnen op. 

Het betreft een eerder beperkte literatuurstudie. Dit is een bewuste keuze. Het gaat namelijk om een verkennende fase waarin ik als onderzoeker een beeld probeer te schetsen van enkele bestaande ideeën rond het begrip vrijheid. 

 

Voor dit onderdeel wordt er bewust ook gebruik gemaakt van secundaire en tertiaire bronnen om ook oudere bronnen in de huidige tijdsgeest te kunnen plaatsen.

 

Ik wil hierbij vermelden dat niet alle namen op deze lijst zichzelf omschrijven als filosoof. Het werk is niet altijd strikt filosofisch en de lijnen tussen filosofie, politiek en sociologie vervagen. Het zijn echter wel allemaal intressante auteurs en werken om in acht te nemen binnen dit onderdeel. 

Hannah Arendt

1906 - 1975

 

Het vrijheidsbegrip volgens Hannah Arendt zoals geïnterpreteerd door Stoner (2022):

 

Volgens Hannah Arendt is vrijheid het vermogen om politieke actie te ondernemen, waarbij men verantwoordelijkheid neemt, creatief is en bewuste keuzes maakt. Het staat in contrast met bureaucratische dienstbaarheid, waarin mensen hun taken zonder veel nadenken uitvoeren. Arendt benadrukt het belang van politieke betrokkenheid, kritisch denken en het vermogen om verantwoording af te leggen voor de genomen beslissingen. (Stoner, 2022)

 

Er wordt opnieuw gebruik gemaakt van een secundaire bron. Deze keer niet om het in de huidige tijdsgeest te plaatsen, maar om te helpen het originele werk beter te begrijpen. 



Stoner, J. (2022). Hannah Arendt’s Vision of Freedom. Public Discours. https://www.thepublicdiscourse.com/2022/11/85358/

Wat is vrijheid, wat betekent het binnen (kunst)educatie en hoe interpreteren jongvolwassenen het begrip? 


Vrijheid vormt een rode draad binnen dit onderzoek. Maar wat is vrijheid nu eigenlijk? Wat betekent vrijheid binnen (kunst)educatie en wat verstaan jongvolwassenen onder vrijheid? 


In dit onderdeel wordt ingezoomd op deze vragen. Vrijheid is een abstract begrip, waar reeds een heel aantal filosofen zich over hebben gebogen. Om meer grip te krijgen op de invulling van dit begrip benader ik het vanuit verschillende invalshoeken. Eerst en vooral verdiep ik me in de filosofie waar uitgebreid geschreven is over (politieke) vrijheid. Daarnaast kijk ik wat er binnen kunst- en museumeducatie over vrijheid wordt gezegd. Tot slot richt ik me tot de jongeren zelf. Binnen een onderzoek naar jongeren en jongvolwassenen is hun visie onmisbaar.





Zoek de weg,


Bewandel je eigen pad,


Wees vrij.

 

 

Mijn interpretatie van Arendt: 

 

Om te kunnen spreken van vrijheid is het noodzakelijk bewuste keuzes te maken.


Jean-Jacques Rousseau

1712 - 1778

 

Het vrijheidsbegrip volgens Rousseau zoals geïnterpreteerd door de Dijn (2021) en van Balen (2018):

 

Rousseau ziet vrijheid als het vermogen om onder zelfgemaakte wetten te leven (de Dijn, 2021).

Het betreft het volgen van eigen regels, ofwel autonomie. Het maatschappelijk verdrag is de bundeling van al deze individuele regels tot een algemene wil. Dit is gebaseerd op het sociaal contract van Locke.
Een burger kan dus gedwongen worden om deze algemene wil te volgen, en kan dus gedwongen worden om vrij te zijn. Het maatschappelijk verdrag is dus de afspraak dat we allemaal onze eigen vrijheid opgeven om een ondeelbaar geheel te vormen. (van Balen, 2018). 

 

 

 

Ik maak opnieuw gebruik van secundaire bronnen om dichter bij de huisige tijdsgeest te blijven. 

 

De Dijn, A. (2021). Vrijheid: Een woelige geschiedenis (F. Hendriks, Vert.). Alfabet uitgevers.

 

van Balen, S. (2018). Close reading Rousseau: het maatschappelijk verdrag. Filosofie Magazine. 2018(3)

John Stuart Mill

1806 - 1873


Het vrijheidsbegrip volgens Mill zoals geïnterpreteerd door De Wit (2009): 

 

John Stuart Mill formuleerde zijn definitie van vrijheid zo eenvoudig mogelijk: Je bent geheel vrij, zolang je anderen geen schade toedient. 

Absolute vrijheid is een vals ideaal. Vrijheid is iets wat je voortdurend mogelijk moet maken. Je moet mensen in staat stellen hun eigen keuzes te maken. Mensen opleiden tot autonome individuen is hier een belangrijk onderdeel van. (De Wit, 2009)

 

Ik koos opnieuw voor een secundaire bron om de inhoud dichter bij de huidige tijdsgeest te houden en te helpen het originele werk beter te begrijpen. 



De Wit, A. (2009). Vrijheid is nooit vanzelfsprekend. Filosofie Magazine. 2009(6).

Isaiah Berlin

1909 - 1997

 

Het vrijheidsbegrip volgens Berlin (1996): 

 

Berlin maakt een onderscheid tussen negatieve en positieve vrijheid waarbij negatieve vrijheid de afwezigheid van obstakels is en positieve vrijheid de mogelijkheid om over te gaan tot handelen. De negatieve vrijheid gaat over het individuele, het ongestoord doen of zijn wat in je vermogen ligt. De positieve vrijheid gaat over het sociale, de mate waarin iemand meester is over zijn eigen bestaan.


Hieruit vloeit ook zijn stelling dat te veel individuele vrijheid tot maatschappelijke ongelijkheid zorgt. Hij benadrukt het belang om de vrijheid van de wolven in te perken om de vrijheid van de schapen te beschermen. Deze dienen in balans te zijn. Een te grote nadruk op de positieve vrijheid zorgt dat de negatieve vrijheid onder druk komt te staan en omgekeerd.

 

Gezien de al iets meer recente aard van de primaire bron, heb ik hier gebruik gemaakt van zowel de primaire bron, als secundaire bronnen. De secundaire bronnen helpen vooral ook om de primaire bron beter te begrijpen.

 

Berlin, I. (1996). Twee opvattingen van vrijheid (1ste editie). Boom.


Valkenberg, S. (2017). Positieve en negatieve vrijheid. Filosofie magazine. 2017(7-8). 

 

Mijn interpretatie van Berlin:

 

Vrijheid is een balans.

Wat is vrijheid?

 

Vrijheid is een abstract begrip met verschillende mogelijke invullingen en betekenissen. Voor dit onderzoek wordt er een definitie van vrijheid opgesteld op basis van de bevindingen uit literatuur- en praktijkonderzoek. 

 

Vrijheid is een balans.

Zonder structuur of regels is er geen sprake van vrijheid. Maar te strikte regels en structuur, beperken de vrijheid. Vrijheid is dus een balans tussen structuur en regels en geen structuur en regels.

Wanneer iedereen hun individuele vrijheid opneemt, kan de vrijheid van anderen in gedrang komen. Vrijheid is dus ook een balans tussen individuele en sociale vrijheid. 

 

Vrijheid is het maken van een bewuste keuze.

Wanneer men geen bewuste keuze maakt, heeft men niet echt zelf gekozen en is er dus ook geen sprake van vrijheid. Vrijheid is het maken van een bewuste keuze. Dit vereist rationeel denken. 

 

 

Wat betekent vrijheid tijdens het museumbezoek?

 

Vrijheid tijdens het museumbezoek is het aanbieden van keuzemogelijkheden.

Om bewuste keuzes te kunnen maken, dienen er verschillende keuzemogelijkheden aangeboden te worden. Deze keuzemogelijkheden dienen in te spelen op de verschillende noden van de bezoekers. Het is moeilijk een bewuste keuze te maken wanneer de keuzemogelijkheden niet aansluiten bij de bezoeker. Dit kan door het aanreiken van verschillende materialen, het inzetten op verschillende zintuigen of het benaderen vanuit verschillende invalshoeken.

 

Vrijheid tijdens het museumbezoek is het aanbieden van een kader en tools met voldoende vrijheid voor de museumbezoeker om hun eigen ervaring te creëren.

Om een balans te creëren tussen structuur en geen structuur, dient er een kader aangeboden te worden met de nodige tools. Deze tools helpen de museumbezoeker om bewuste keuzes te maken. Dit kan door een afgebakend aanbod of afgebakende route te creëren die ruimte laat voor eigen interpretatie en invulling.

 

Vrijheid tijdens het museumbezoek is het creëren van een veilige sfeer.

Om de vrijheid van iedere museumbezoeker te garanderen dienen er een veilige sfeer gecreëerd te worden. Dit kan door het duidelijk communiceren en het stellen van basisregels. 

 

 

Wat betekent vrijheid in relatie tot participatie zoals omschreven door Nina Simon?

Musea zetten vandaag de dag vollop in op participatie. Hoe past vrijheid binnen dit concept?

 

Een 'en' verhaal in plaats van een 'of' verhaal.

Participatie dient aangeboden te worden naast andere ervaringen. Het is een 'en' verhaal en geen 'of' verhaal. Dit maakt dat participatieve ervaringen en vrijheidservaringen naast elkaar kunnen bestaan in het museum. Bovendien wordt er binnen vrijheid gesproken over keuzemogelijkheden. Participatie kan één van de mogelijke keuzes zijn waaruit men kan kiezen.

 

Wat haal ik hieruit? 

 

Rancière (2015) beschrijft het belang van het loslaten van de deelnemers en hen zelf te laten zien en ontdekken. Dit idee vindt aansluiting bij het idee van Jäger waarbij je als kunsteducator de controle dient los te laten, maar wel weet waar je naartoe wilt. Dit doe je volgens Jäger door een breed aanbod aan te bieden dat inspeelt op de verschillende noden van de deelnemers. Dit sluit aan bij het idee van Van Hertum waarbij veel handvaten worden aangereikt maar ook veel speelruimte wordt gecreëerd. Ook Doms sluit zich hierbij aan en stelt dat het aanbod op maat van alle deelnemers dient te zijn.

 

Vervolgens neem ik het belang van authenticiteit mee in het verhaal wat zowel bij Jäger als Doms terugkomt. En het gegeven dat vrijheid grenzen nodig heeft. 

 

Tot slot neem ik de uitspraak van Van Hertum mee dat vrijheid eigen is aan een participatief proces.

 

Jacques Rancière

De geëmancipeerde toeschouwer

 

Het werk van Jacques Rancière wordt me aangeraden door eerder genoemde Heloisa Amaral. Daarnaast boeit het werk van Rancière me persoonlijk en ben ik benieuwd hoe het zich verhoudt tot vrijheid. Tot slot zit het op een grens tussen filosofie en educatie, iets wat overeenkomt met waar mijn onderzoek zich momenteel ook bevindt.

 

Rancière (2015) schrijft dat de onwetende meester niet zijn kennis zomaar overdraagt, maar zijn leerling los laat lopen in het bos en laat vertellen wat ze zien en dit bevestigen en laten bevestigen. 

 

Ondanks Rancière dit zelf niet noodzakelijk als vrijheid benoemt, past het wel in het rijtje. Dit sluit namelijk ook aan bij wat naar boven kwam tijdens het focusgroepgesprek met jongvolwassenen over vrijheid. Namelijk dat vrijheid de mogelijkheid inhoudt om zelf beslissingen te maken en zelf te kiezen wat je doet en waarbij je stilstaat. Deze vrijheid krijgen de leerlingen van de onwetende meester in de beschrijving van Rancière. 

 

Rancière, J. (2015). De geëmancipeerde toeschouwer (J. Beerten & W. van der Star, verts.). Den Haag: Octavo publicaties

Gerhard Jäger

Oprichter Art Basics for Children

 

 Gerhard Jäger is oprichter van Art Basics for Children. Op aanraden van mijn coach Jan Schoolmeesters, ga ik met hem in gesprek over vrijheid. Naast de aansturing van mijn coach ben ik zelf ook erg geïnspireerd door de werking van het ABC-huis en de filosofie achter Art Basics for Children. Wat Gerhard Jäger te zeggen heeft over vrijheid vindt je hieronder:

 

Voorwaarden voor vrijheid in een creatieve situatie zijn de volgende volgen Gerhard Jäger (G. Jäger, persoonlijke communicatie, 16 december 2022)

Inspelen op het individu. Dit door een breed aanbod met veel materiaal aan te bieden. Deze materialen dienen te prikkelen om te experimenteren. Ze spelen in op de verschillende noden van de deelnemers bijvoorbeeld auditief of met de handen bezig zijn. 

Daarnaast is een atmosfeer van vertrouwen creëren enorm belangrijk. Dit kan door basisregels met respect voor elkaar op te stellen. Anderzijds wordt er in het ABC-huis in kleine groepen gewerkt. Ook gerichte en duidelijke instructies dragen bij aan het veiligheids- en vertrouwensgevoel.

Vervolgens heeft vrijheid grenzen nodig. Maar daarnaast dien je als kunsteducator wel de controle los te laten. Je weet echter wel waar je naartoe wilt.

Tot slot is het belangrijk om niet te (laten) kopiëren. Iedereen neemt zijn eigen dingen mee en geeft zijn eigen invulling. 

 

Daarnaast geeft Gerhard Jäger ook nog kritiek op musea. Hij geeft aan dat ze zich focussen op bezoekerscijfers en dat alles heel pedagogisch verantwoord dient te zijn. Voor dit deel van mijn onderzoek leg ik deze gedachte even naast me neer en focus me op de kern: Wat is vrijheid en hoe kan vrijheid vorm krijgen tijdens het museumbezoek?

Kunsteducatie


Wat wordt er binnen kunsteducatie over vrijheid gezegd? Welke betekenis of invulling wordt er aan het begrip gegeven? In dit onderdeel worden werken onder de loep genomen en wordt er in gesprek gegaan met experts. 

Wat is vrijheid binnen het museum?

 

Binnen dit onderzoek wordt vrijheid gedefinieerd als:

  • Het aanbieden van verschillende mogelijkheden waar de deelnemers zelf een bewuste keuze uit kunnen maken.
  • Deze worden aangereikt binnen een afgebakend kader.
  • Hierbij wordt veiligheid gecreëerd door het duidelijk stellen van grenzen en basisregels.

 

Deze versimpelde definitie van vrijheid is gebaseerd op bovenstaande bevindingen. Zowel in het focusgroepgesprek met jongvolwassenen zelf als binnen de kunsteducatie, namelijk door Dom, Jäger en Van Hertum, komt het aanbieden van verschillende mogelijkheden of het werken op maat van alle deelnemers aan bod. De filosofische invalshoek, meer specifiek de vrijheidsbegrippen van Rousseau, Kant, Descartes, Berlin en Arendt, benadrukken hierbij het belang van kritisch denken en het bewust maken van een weloverwogen beslissing. (van Balen, 2018; Demenchonok, 2019; Berlin, 1996 & Stoner, 2022)

Gerhard Jäger pleit voor een afgebakend kader om te kunnen spreken van vrijheid. Ondanks dat in eerste instantie tegenstrijdig lijkt met wat de jongvolwassenen zeggen, namelijk 'geen afgebakende routes' ligt dit toch niet zo ver van elkaar dan je zou denken. Het klopt dat ze geen afgebakende routes zien binnen hun vrijheidsbegrip, maar ze spreken wel van een balans tussen vrijheid en structuur. Daarin geven ze aan dat er zonder structuur geen vrijheid kan zijn. 

Tot slot is de veiligheid iets dat zowel binnen de besproken filosofische bronnen, als de kunsteducatieve bronnen als in het gesprek met jongvolwassenen naar boven komt. Binnen de filosofie komt dit terug onder de individuele en sociale vrijheid en het afgeven van macht aan een overheid om iedereens vrijheid te waarborgen. Binnen de kunsteducatieve bronnen wordt dit letterlijker benoemt door Jäger en Doms. In het gesprek met jongvolwassenen komt dit ook eerder naar boven in de balans tussen individuele en sociale vrijheid.

Tot slot komen deze punten ook aan bod in de besproken podcast 'Elke dag vakantie'.


Wat met participatie?

Nina Simon

The Participatory Museum

 

Musea zetten vandaag de dag volop in op participatie. Dat geeft Jan Schoolmeesters aan tijdens een coachingsgesprek (J. Schoolmeesters, persoonlijke communicatie, 25 november 2022). Daarnaast geeft An Van Hertum aan dat vrijheid eigen is aan een participatief proces (A. Van Hertum, persoonlijke communicatie, 13 januari 2023). Hoe past vrijheid binnen participatie of omgekeerd? Gaan ze hand in hand, of staan ze recht tegenover elkaar? 

 

Dit is geen onderzoek naar participatie. Al is dit begrip moeilijk te vermijden wanneer men onderzoek doet binnen de museumeducatie. Om het onderzoek haalbaar te houden maak ik de bewuste keuze om me enkel te focussen op participatie zoals omschreven door Nina Simon. Haar boek The participatory museum werd me aangereden door verschillende experten tijdens expertgesprekken.

 

Nina Simon (2010) spreekt niet noodzakelijk over vrijheid, maar over participatie. Deze participatie is volgens haar wel van groot belang zoals besproken op de pagina 'Kenmerken en behoeften van jongvolwassenen'.

 

Ze bespreekt echter wel een aantal zaken die aanleunen bij wat er in dit onderzoek reeds aan bod kwam binnen het onderwerp 'vrijheid'. Hieronder meer: 

 

Simon (2010) geeft aan dat het een 'en' verhaal is en geen 'of' verhaal. Participatie dient aangeboden te worden naast andere ervaringen in het museum. Binnen participatieve ervaringen dient er bovendien rekening gehouden te worden met de verschillende profielen: creator, critic, collector, joiner, spectator en inactive.

Dit leunt aan bij het idee van keuzevrijheid voor de bezoekers van het museum. Zo kunnen zij kiezen voor een participatieve ervaring of een andere ervaring en binnen die participatieve ervaring kiezen voor de rol die ze daarin opnemen. 

 

De beste participatorische ervaringen zijn volgens Simon (2010) afgebakend. Ze ondersteunen de bezoeker om comfortabel deel te nemen aan de activiteit. Ze geeft aan dat succesvolle creatieve activiteiten en opdrachten voldoende beperkingen bevatten. De barrière zit hem namelijk niet in deze beperkingen maar in het idee en zelfzekerheid van de bezoeker.

In eerste instantie lijkt dit haaks te staan op het idee van vrijheid. Dit leunt echter aan bij de afgebakende vrijheid waar Daeleman en Heymans (2019) het in hun podcast over hebben. Daarnaast wordt dit ook aangehaald in het focusgroepgesprek met jongvolwassenen. Ook Gerhard Jägers opvatting dat vrijheid grenzen nodig heeft, leunt hierbij aan (G. Jäger, persoonlijke communicatie, 16 december 2022). Bovendien leunt het ondersteunen, of zoals Simon (2010) het verwoord: 'scaffolding' ook aan bij de theorie van Vygotsky (1978) over de zone van de naaste ontwikkeling. Er dient een kader geschept te worden, waarbinnen de bezoekers vrijheid kunnen nemen. Ondanks het dus aanleunt bij vrijheid, is er toch een nuance verschil. Bij participatie wordt het namelijk een limitatie, terwijl het bij vrijheid eerder als handvat wordt aangereikt.

 

 Simon (2010) bespreekt het belang van het inspelen op de noden van de bezoekers. 

Dit vindt overeenkomsten met het vrijheidsbegrip van Gerhard Jäger (G. Jäger, persoonlijke communicatie, 16 december 2022) en Jan Doms (J. Doms, persoonlijke communicatie, 23 december 2022).



Ondanks participatie en vrijheid twee aparte dingen zijn, hebben ze verschillende raakpunten. Zo kan er binnen participatie zoals beschreven door Nina Simon (2010) vrijheid gecreëerd worden, maar kan participatie ook een onderdeel van vrijheid vormen.


 

Daeleman, E. & Heymans, S. (hosts). (2019). Vrijheid [audio podcast aflevering]. In Elke dag vakantie. Spotify. https://open.spotify.com/episode/5kxsrOIMBsu3yXKz5Lfjha?si=-L0syDXiR7CqQS8tEIcmiA


Simon, N. (2010). The Participatory Museum. https://openlibrary.org/books/OL24620102M/The_Participatory_Museum?v=2


Vygotsky, L.S. (1978) Mind in society: The development of higher psychological process. Cambridge

Jan Doms

Beeldhouwer, kunsteducator & directeur

 

 

Jan Doms is beeldhouwer en kunsteducator. Bij de experttalks gingen we in gesprek en botsten we op het thema vrijheid. Vanaf dit punt speelt vrijheid een centrale rol in het onderzoek. Het leek me dan ook onteressant om zijn blik op vrijheid op te nemen in het onderzoek. 

 

De opvatting van het begrip vrijheid volgens Jan Doms (J. Doms, persoonlijke communicatie, 23 december 2022): 

Vrijheid is een inperking van de macht. Meer kennis levert meer vrijheid op. Voor vrijheid moet je met twee zijn: elkaar voldoende ruimte geven. Maar ook samen iets creëren: ieders een leven apart maar samen een levenslang leven in het museum creëren. 

Vrijheid is een soort uitdrukking van wederkerigheid. Het is niet gewoon doen wat je zelf wilt, maar je beschermt datgene wat tot het wezen behoort van wat je doet. Het mag geen afbreuk doen aan de waarde die je zelf beschermt

 

Kunst vertegenwoordigd een vorm van vrijheid. Op andere plekken van de maatschappij lopen ze in formats.

Er ontstaat ruimte voor jonge lui om hun eigen weg te vinden. 

 

Er zijn ook enkele voorwaarden voor het creëren van vrijheid binnen het museum:

Zo dient er vertrouwen en veiligheid gecreëerd te worden. Daarbij is kennismaking erg belangrijk. Hierbij staan geduld en openheid centraal. Het is belangrijk om niet aan te dringen en authentiek te zijn. Om deze veilige sfeer te creëren is het belangrijk om samen afspraken te maken.

Het aanbod dient op maat van alle deelnemers te zijn. Hierbij helpt het opnieuw om de doelgroep goed te kennen. 

 

Vandaag de dag maakt niemand zich nog druk om vrijheid. Iemand moet zich ervoor inzetten. 


Daarnaast heeft Jan het nog over kritisch regionalisme, wat een interessante invalshoek is, maar die ik nu even naast me neerleg. Voor nu brengt het me te ver van de kern van mijn onderzoek.

An Van Hertum

Deskundige publiekswerking KMSKA

 

An Van Hertum is deskundige publiekswerking in het KMSKA. Dit is ook het museum waar het praktijkonderzoek deels zal plaatsvinden. Bovendien worden de routes van dit museum ook onder de loep genomen in dit onderzoek. Tot slot is het museum recent heropend met een volledig nieuw activiteiten aanbod. Redenen genoeg dus om een gesprek in te plannen met An Van Hertum!

 

An Van Hertum over vrijheid (A. Van Hertum, persoonlijke communicatie, 13 januari 2023): 

Vrijheid zit mee verwerkt in het museum en het aanbod. Zo is er niet één juiste manier van kijken. Dit wordt ondersteund door Radio Bart maar ook in het aanbieden van meerdere audiotours. 

Wat vrijheid binnen kunsteducatie of binnen het museum juist betekent, is iets waar An Van Hertum nog niet eerder over nadacht. Maar ze formuleert onderstaande:

Vrijheid is geen vast parcours of stramien. Het is het aanbieden van veel handvaten maar ook veel speelruimte. Het is inspelen op de doelgroep en het moment. Geen invulboekje en geen lijntjes, maar open pagina's. Het is vertrouwen leggen in de bezoekers om zelf te beslissen. Vrijheid is eigen aan een participatief proces.

Jongvolwassenen


Wat hebben jongvolwassenen te zeggen over vrijheid? Wat is volgens hen de invulling van dit begrip? Hoe zouden ze het begrip zelf graag invullen? In dit onderdeel worden er aan de hand van een focusgroep met jongvolwassenen, antwoorden gezocht op deze vragen.

Wat haal ik hieruit? 

 

Het vrijheidsbegrip van de respondenten heeft overeenkomsten met de bevindingen uit de filosofie. Zo spreken ze ook over een balans tussen sociale en individuele vrijheid maar ook het rationeel denken en de mogelijkheid om eigen beslissingen te maken zijn zaken die in het filosofisch deel zijn terug te vinden. 

 

Wat vooral interessant is voor het verdere onderzoek is wat vrijheid binnen het museum nu net betekent voor de respondenten. De keuzemogelijkheden staan hier centraal, meer specifiek: zelf kunnen kiezen bij wat je stilstaat en zelf kiezen op welke manier je de kunst ervaart en geen afgebakende route.

 

Waarom jongvolwassenen?

 

Zoals De Wilde (2021) schrijft is het bij het uitwerken van een aanbod voor jongeren en jongvolwassenen belangrijk om het gesprek aan te gaan. Want meer dan voor andere doelgroepen is participatie en co-creatie van groot belang. 

 

Daarnaast beschrijft ook Jan Asselberghs (2021), beter bekend als Petit Jean de nood om te luisteren naar de jongeren.

 

Dit vormt dan ook een rode draad in dit onderzoek: participatie en co-creatie met jongvolwassenen. Om iets volledig op maat van jongvolwassenen te ontwikkelen, is de stem van deze jongvolwassenen onmisbaar. Meer nog, het is een belangrijke en soms zelfs doorslaggevende stem. 

 

Asselberghs, J. [Petit Jean]. (2021, 5 april). De Bron. Geraadpleegd van https://www.youtube.com/watch?v=U-_eyMPonJg&t=125s


De Wilde, P. (2021). Weg met jongeren! Deel 1. De Basis. Brussel: Toerisme Vlaanderen.

Vrijheid in het museum 

 

Naast de definitie van vrijheid wordt er met de jongvolwassenen ook in gesprek gegaan over vrijheid in het museum. Hoe zien zij dit? Hieronder het resultaat van het gesprek: 

  • Ruimte om eigen interpretatie te vormen
  • Niet continu gestuurd worden
  • Geen beïnvloedende mensen
  • Geen afgebakende route die je moet volgen
  • Kunnen kiezen bij wat je stilstaat
  • Genieten van de rust
  • Alles makkelijk bereikbaar
  • Op eender welk uur naar een museum kunnen gaan
  • Geen inkomprijs
  • Openluchtmuseum
  • Kunst aanraken
  • Kunnen kiezen op welke manier je kunst beleeft
  • Ruis/geluid om stilte te doorbreken
  • Aangepaste muziek per zaal / stijl
  • Interactie
  • Altijd de mogelijkheid om meer info te krijgen
  • Kunnen eten en drinken in het museum
  • Geen spullen moeten afgeven
 
Meer over deze focusgroep vind je hier.
 
Als onderzoeker is het mijn taak kritisch met deze antwoorden om te gaan. Niet alle antwoorden stroken namelijk met de definitie van vrijheid die ze eerder zelf hebben opgesteld. De antwoorden die ik er als onderzoeker uithaal, omdat ze naar mijn gevoel het meest relevant zijn en het meest aansluiten bij de vrijheidsdefinitie zijn de volgende: 
 
  • Keuzemogelijkheden:
    • Kunnen kiezen bij wat je stilstaat
    • Kunnen kiezen op welke manier je kunst beleeft
    • Geen afgebakende route
 
De andere antwoorden zijn eerder zaken die de respondenten belangrijk vinden of graag zouden doen, maar niet zo zeer voorbeelden van vrijheid binnen de definitie die ze zelf opstelden. 
 

Eerste ideeën

 

Schrijfopdracht

 

Voor het gesprek rond vrijheid van start ging, schreven de deelnemers zonder voorbereiding een korte tekst over wat vrijheid voor hen betekent. Deze teksten zijn hieronder terug te vinden. 

 

De deelnemers mochten niet stoppen met schrijven voordat de tijd om was. Dat maakt dat sommige deelnemers veel herhaling hebben. Het gebrek aan voorbereiding zorgt ook dat het nog niet de meest doordachte definities zijn, maar geeft vooral stof om over te praten in het daaropvolgende gesprek over vrijheid.

 

 

 

Gesprek 

 

Discussie

 

In een gesprek / discussie proberen de respondenten het bergip vrijheid te definiëren. Als gesprekleider luister ik vooral en leg ik een vraag in het midden wanneer het gesprek stil valt. 

 

De hoofdpunten van het gesprek zijn de volgende: 

 

Vrijheid is:

  • Eigen keuzes maken
  • Geen rekening houden met iets of iemand anders
  • Geen verantwoording afleggen
  • geen rekening houden met geld, politiek, ...
  • eenzaamheid
  • onafhankelijkheid
  • maningen of acties niet laten afhangen van anderen of zelfs jezelf. Soms beperk je jezelf
  • Individueel, moeilijk te delen
  • Is emphatisch de tegenstelling van vrijheid.
  • Rekening houden betekent niet dat er geen vrijheid is
  • Balans
  • Geen compromis
  • Er zijn verschillende niveau's van vrijheid
  • Persoonlijk aspect
  • Kiezen wat je doet maar ook hoe je leeft
  • Iets dat iedereen wilt? Of misschien ook niet? Wilt iedereen wel vrijheid?
  • Kunnen regels vrijheid geven? 
    • Regels zijn nodig om van vrijheid te spreken
  • een fysieke ervaring:
    • vrijheid voelen door adrenaline-kick (bijvoorbeeld Bungee-jumpen of parachtute-springen)
    • Is geen vrijheid, want iemand anders bestuurt
  • Is suïcide vrijheid?
  • Het doel van vrijheid is wel gelukkig zijn, maar te veel vrijheid neemt dan weer geluk weg
 
De voorwaarden van vrijheid zijn: 
  • De mogelijkheid om zelf te beslissen
  • het ervaren van niet-vrijheid om vrijheid te kunnen ervaren
  • financiële vrijheid


Deze lijst met hoofdpunten / samenvatting is nagelezen door de deelnemende respondenten en goedgekeurd als korte weergave van het gesprek.

Definitie 

 

Samenvatting

 

Aan het einde van het gesprek proberen de respondenten een definitie van vrijheid te formuleren. Dit kan individueel, of gezamelijk indien ze het eens zijn met elkaar. In dit geval komen de respondenten tot een consensus. Ze vormen gezamelijk met de groep één definitie / omschrijving. Deze luidt als volgt: 

 

Vrijheid:

  • is een balans:
    • Rekening houden met anderen vs. doen wat je wilt
    • Regels vs. geen regels
    • Eenzaamheid vs. sociaal
  • is iets heel persoonlijk
  • vereist rationeel denken om van een gezonde vrijheidsbalans te spreken
  • is de mogelijkheid om op basis van dit rationeel denken zelf beslissingen te maken
 
Opvallend is dat er veel gelijkenissen zijn met wat aan bod komt binnen de filosofie. Zo wordt er ook over een balans gesproken tussen sociale en individuele vrijheid maar ook het rationeel denken en de mogelijkheid om eigen beslissingen te maken zijn zaken die in het filosofisch deel zijn terug te vinden. 

Verdwaalde bronnen


Of het toeval is of niet, daar spreek ik me niet over uit. Maar soms kruisen er intressante mensen of bronnen plots mijn pad, die ieders op hun eigen manier aansluiting vinden met dit onderzoek. 

Elke dag vakantie 

 

Podcast

 

Elke dag vakantie is een podcast van Eva Daeleman en Stijn Heymans, over de bochten van het leven en hoe dat ons kan verrijken. Elke aflevering nemen ze een onderwerp onder de loep, in aflevering 8 is dat vrijheid.

 

De podcast is een spontaan gesprek tussen Eva Daeleman en Stijn Heymans over vrijheid. Enkele centrale gedachten die in deze podcast naar voren komen, of die ik er als luisteraar toch heb uitgehaald zijn de volgende: 

  • Wordt vrijheid niet net gecreëerd door grenzen? 
  • De vrijheid zit hem in de keuze. Je hebt een keuze om het te doen, maar je hebt de zelfdiscipline om het niet te doen. 
  • Balans tussen structuur en vrijheid is noodzakelijk.
    • Er is een fundament of basisstructuur nodig
  • Afgebakende vrijheid
  • Hoe meer keuze er is, hoe moeilijker de keuze

 

Het is intressant om te horen hoe hier gelijkenissen te trekken zijn met wat ik tot hier toe reeds in mijn onderzoek aan het doen ben. Zo is het beperken van de keuzes iets dat al aan bod kwam in The Participatory museum van Nina Simon maar ook door Orson Welles besproken wordt.
Dat vrijheid net gecreëerd wordt door grenzen is iets dat in het focusgroepgesprek met jongvolwassenen ook naar boven kwam. Zij gaven aan dat er grenzen nodig zijn om van vrijheid te kunnen spreken. Ook de keuzevrijheid en de balans werden al meermaals aangehaald. 


Daeleman, E. & Heymans, S. (hosts). (2019). Vrijheid [audio podcast aflevering]. In Elke dag vakantie. Spotify. https://open.spotify.com/episode/5kxsrOIMBsu3yXKz5Lfjha?si=-L0syDXiR7CqQS8tEIcmiA

 

 

 

Asselberghs, J. [Petit Jean]. (2021, 5 april). De Bron. Geraadpleegd van https://www.youtube.com/watch?v=U-_eyMPonJg&t=125s